13 april 2024 is de opening van de exositie Bomen en Beelden, met de NKvB, ter ere van het 100 jarig bestaan van het Arboretum in Doorn.
In de heidetuin zal deze keramische sculptuur komen te staan, een open structuur, die alle levende schepsels die vliegen en kruipen welkom heet.
De expositie is samengesteld door gastcurator Harald Schole (beeldend kunstenaar) in samenwerking met LKG de Ploegh. ExpositieNECTAR art & urban is te bezoeken in de Sint-Joriskerk van 10 september t/m 15 oktober,
van dinsdag t/m zaterdag 11.00 - 17.00 uur.
Jacqueline Bohlmeijer, Metamorfose
Zij stelt met haar werk vragen over de biodiversiteit die hard achteruit holt.
In de drie keramische sculpturen verbeeldt ze -sterk uitvergroot- de geboorte van een insect.
Zo wrijft ze ons dat wonder van de metamorfose nog eens in.
Het Mondriaanhuis bestaat 25 jaar! Dit vieren we met verschillende jubileumactiviteiten en de bijzondere tentoonstelling 25 x 25 x 25.
U bent van harte welkom voor de preview van deze tentoonstelling op woensdag 25 september a.s. tussen 14.00 en 17.00 uur in het Mondriaanhuis.
Vrijheid is synoniem voor mijn jeugd.
Mijn ouders hadden een vrije geest, mijn moeder leefde sterk vanuit haar intuïtie, die zeer diepgaand was.
Mijn vader had een enorme ondernemersdrang, en een handvaardigheid, timmeren, metselen, tuinieren, altijd bezig, ik genoot ervan om daar naar te kijken.
Ik was altijd buiten, van jongs af aan, het was de omgeving waar ik mijn verbeelding zich optimaal kon ontwikkelen.
Als tiener had ik mijn eigen paard, en maakte ik lange tochten in de natuur.
.De ervaringen, op de rug van het paard, rijdend over de heide, en door de bossen, zijn een vruchtbare bodem waar ik in mijn huidige leven nog inspiratie uit put.
De liefde voor de natuur maakt dat ik de huidige situatie in de wereld, de klimaat verandering, de afname van de biodiversiteit, niet kan negeren in mijn werk.
Zo heb ik mij de laatste jaren verdiept in de insectenwereld, een wereld die op zich zelf staat, en ouder is dan de mensheid.
Ik ben gefascineerd door de levens cyclus van insecten, waarin zij een volledige gedaante wisselingen doormaken.
Verder werk ik zoveel mogelijk met duurzame materialen, hout, klei, wol etc.
In mijn werk heb ik diverse series waar ik aan werk, meestal keramisch, met klei, een materiaal waar ik mijn fantasieën goed in kan uitdrukken. De laatste jaren werk ik ook met andere natuurlijke materialen, zoals wilgentenen, takken en wol.
In mijn artistieke ontwikkeling heb ik veel te danken aan de beeldhouwster Doorlie Gerdes, op de Vrije Hoge school in Driebergen,
en later op de Academie voor Beeldende Vorming, in Amsterdam, aan de docente Adriana Baarspul. Bij haar studeerde ik af met het vak keramiek, en met het vak mixed media, gegeven door docent Berend Bonekamp.
In Amsterdam heb ik mijn atelier op het WG terrrein, in een voormalig ziekenhuis. Een omgeving waar veel kunstenaars actief zijn, een inspirerende community.
Sinds 2013 ben ik lid van kunstenaarsvereniging De Ploegh in Amersfoort, en de afgelopen 6 jaar ben ik heel actief geweest met het organiseren van exposities.
Ook heb ik 5 jaar een bestuursfunctie bekleed.
In 2023 ben ik lid geworden van de Nederlandse Kring van Beeldhouwers..
Openness as a State of Mind
The Playful Ceramics of Jacqueline Bohlmeijer
Its title is Growing 11, but contrary to what that might lead us to suspect, this ceramic sculpture is not about a realistic representation of a plant or a tree. Jacqueline Bohlmeijer's concern is the feeling, the emotion that a plant evokes in her. Full of wonder, she tells how a tree only grows on the outside. "The life is between the trunk and the bark.”
She is surprised by the unfathomability of growth, by the hollows and knots, by the twisting tentacles of young shoots that appear so unexpectedly. In Bohlmeijer’s sculpture, runners like these wave about in triumphal gestures or roll around as balled muscles, proud of the growing power with which they lay claim to their surroundings.
Other works are turned more inward. Verholen (Concealed) appears fragile to the eye, with its 'stem' opened out, revealing its shadowed interior. The dragging form, with its moss green colour, reminds me of the nymph, Echo, who pined away in the forest. As she mourned her unattainable love, her body dissolved and she lived henceforth only in the form of sound.
Tree, from 1999, absorbs its environment. Here, the extended splits are an invitation to come closer, to entrust long-concealed secrets to this "listening tree’
Unlike the carved or modelled sculpture, ceramic sculpture is hollow. This has practical advantages, as the clay is less likely to crack as it dries, but Bohlmeijer has deliberately chosen the hollow form, taking full advantage of its expressive potential. By lifting forms up from the ground, or by working open the wall, so that an exchange takes place with the surrounding environment, in nearly all her work, Bohlmeijer strives for movement in space, for openness in the broadest sense of the word.
Her early works are abstract, such as Samenspraak (Dialogue) or Pas de Deux, in which two contrasting forms are forged together. The one is stately and proud, the other with a "skirt' that fans outward. They are different, yet united in their movement. Despite the abstract form, it is not difficult to recognize a 'him' and ‘her' in the work and to attribute it with human qualities. Hence the title, Pas de Deux.
The confrontation with the uninhibited expressions of her children reinforced her associative inclinations. Her work became more playful, a development first seen in her series of small, perforated porcelain wall lamps, entitled A Star is Shining. For Bohlmeijer, openness is a state of mind, a way of life, a mentality, a means of working that offers space for spontaneous forays and incursions, but which also leaves the viewer free to fantasize.
Anne Berk
Kleisculpturen van Jacqueline Bohlmeijer
Klei komt uit de aarde. Een passend materiaal voor de natuurfantasieën van Jacqueline Bohlmeijer Ze vereenzelvigt zich met de levende natuur, en verbeeldt de energie die haar drijft in speelse keramische sculpturen en organische vaasvormen. Behalve planten en bomen, passeren nu ook dieren de revue, zoals de olifant en het paard. En in haar Waterfiguren verbeeldt ze de verloren gegane eenheid met de natuur.
Bohlmeijer werkt niet realistisch. Ze kruipt in de huid van de natuur die haar van jongs af aan vertrouwd is en geeft haar fantasie de vrije loop. Intuïtief geeft ze vorm aan die stille kracht van planten en bomen, zoals Peter Tompkins en Christopher Bird die beschrijven in The Secret Life of Plants (1973).
In de Uproot-serie (vanaf 2008) toont ze de wortels van de plant, die doorgaans voor het oog verborgen zijn. Ze dragen een kelk die levende takken kan bevatten, en dat geeft deze vaasvormen een meerwaarde.
‘’Ik wil laten zien hoe een boom wortelt in de aarde, en met zijn takken naar de hemel reikt.’’
Bohlmeijer groeide op in Laren, reed paard in de bossen en zoekt nu de natuur in het Vondelpark om de hoek.
Ze verwondert zich over het ongrijpbare van de groei, over de holtes, noesten, kronkelende tentakels of jonge loten die onverwachts opduiken. In haar sculpturale keramiek wuiven deze uitlopers met een triomfantelijk gebaar, of ze rollen met hun spierballen, trots op de groeikracht waarmee ze hun omgeving in bezit nemen. Ze lijken maar een ding te willen. Omhoog. Zich ontvouwen, de ruimte in.
Andere beelden zijn juist naar binnen gekeerd. Verholen (1997) oogt kwetsbaar met zijn opengewerkte 'stam', die zijn beschaduwde binnenste onthuld. Ook Tree (1999) absorbeert zijn omgeving. Hier zijn de langgerekte spleten een uitnodiging om dichterbij te komen en lang verzwegen geheimen aan deze 'luisterboom' toe te vertrouwen.
In een volgende fase ontstaan speelse boomfiguren met menselijke trekjes, zoals Phantom (2002), alsof de ziel van de boom ons groet, of de bijna levensgrote Bosnimf (2013). En in haar Waterfiguren (sinds ) vloeien mens en plant naadloos in elkaar over. Ze vormen één geheel. Bohlmeijer vond inspiratie voor haar Waterfiguren tijdens het zwemmen.
‘’In het water voel je de zwaartekracht niet. Je lost op in je omgeving en voelt je één met de natuur.
Als kind voelde ik me verbonden met de natuur, nu heb ik het gevoel dat ik erbuiten sta. In onze technologische cultuur zijn we vervreemd van de natuur. Maar we zijn deel van dat grote geheel.’’
Recentelijk doen ook de dieren hun intrede. Kleine paardjes in ongerepte landschappen. En een serie met olifantjes in struweel. Bohlmeijer heeft veel liefde voor dieren. Als kind werd ze gegrepen door Jeroen met de sleutel, van Dick Laan. Net als de Jeroen uit het boek, had ze het idee dat ze met dieren kon praten. Dat ze kon voelen of een vogel dorst had, of honger. Dat vanzelfsprekende contact is er niet meer. Maar ze is nog steeds gevoelig voor onrecht tegenover dieren. De laatste circusolifant (2015) ontstond vanuit haar verontwaardiging over de jacht op ivoor en het verbod op circusdieren. In plaats zijn kracht te etaleren, verstopt De laatste circusolifant zich tussen de bomen.
Andere olifantjes zoeken naar evenwicht op doorbuigende takken. ‘’Een olifant is groot en sterk, maar tegenover een geweer is hij machteloos. Die kwetsbaarheid van het dier wil ik laten zien.’’
Bohlmeijer werkt graag in het aardse materiaal klei. Het is makkelijk te vervormen, en leent zich voor haar intuïtieve manier van werken. Aanvankelijk bouwt ze haar vormen hol op. Daardoor heb je minder risico op scheuren als de klei krimpt. Maar Bohlmeijer zag ook expressieve mogelijkheden in deze keramische werkwijze. Ze speelt met de holle vorm en perforeert de wand, zodat er een wisselwerking ontstaat met de omgeving. In een volgend stadium kneedt ze de volumes uit zachte klei, zodat ze meer organisch worden, zoals in de Uproot-serie, terwijl haar recente Waterfiguren en olifanten direct in de klei worden geboetseerd. Maar welke werkwijze ze ook hanteert, steeds is er sprake van een beweging in de ruimte, van groei in de breedste zin van het woord.
Haar vroege werken zijn abstract, zoals Samenspraak (1993) of Pas de Deux (1993), waarbij twee tegengestelde vormen versmelten. De ene is statig en trots, de andere heeft een uitwaaierende ‘rok’. Ze zijn verschillend, maar één in hun beweging. Ondanks de abstracte vorm, is het niet moeilijk om een hij en een zij in dit werk te zien, en ze menselijke eigenschappen toe te dichten. Vandaar de titel Pas de Deux.
De confrontatie met de spontaniteit van haar kinderen versterkte haar neiging tot associëren. Haar werk werd speelser, een ontwikkeling die begon met A Star is Shining (1995). Het pinkelend licht van deze geperforeerde wandlampjes verandert je kamer in een sterrenhemel.
Anne Berk, publicist, curator,
Coördinator NL van het Europese sculpture network
Corona, 2019
De kwetsbaarheid van het leven drong zich op door de onzichtbare vijand Corona.
In de eerste Corona lockdown was er bij mij ook een innerlijke lockdown ontstaan.
Door stress en onzekerheid kwam ik niet toe aan mijn normale werkzaamheden.
Vrijwel altijd werk ik met klei. Door de stilstand ontstond er ruimte om met ander materiaal te werken.
In deze periode werden de wilgen geknot, dat gaf aanleiding om met de wilgentenen te vlechten,weven en knopen.
De heerlijke geur van geweekte takken en de structuur 'sterken veerkrachtig' gaven mij energie en rust in een richtingloze tijd.
Zoeken naar ordening en samenhang door het weven van de grillige takken.
Door het werken met dit materiaal voelde ik weer de eenheid met mijn omgeving, verbinding met de natuur, die ik vooral in mijn kindertijd intens kon ervaren.
Ook heb ik gewerkt met het hout van een omgewaaide Fluweelboom,
geveld door een zomerstorm.
Zo combineerde ik de wilgentenen met de boom, en geef ik richting aan de behoefte om iets bij te dragen aan een wereld
waarin zoveel verspild en vernietigd wordt door de mens.
De werken zijn voor en groot deel gemaakt van gerecyclede materialen.